vrijdag 10 augustus 2012

9 augustus, Búdrio - Covigliátio, dag 21, 71 km

Búdrio 's avonds nog in geweest om te eten en te kijken of er nog wat sfeer te beleven viel.



Er was opvallend weinig te doen, nog wat mensen met kinderen op pleintjes, maar verder was alles dicht, geen toeristen. We waren blij dat er nog een fatsoenlijk restaurant open was.









Na ons kwam er nog een echtpaar, Italianen, en dat was het. De ober runde het hotel en leek ook de kok te zijn. Alles duurde lang en hij rende zelfs om het de gasten naar de zin te maken. Het personeel, vertelde hij, was op vakantie in Amsterdam. Betere temperatuur. De luchtvochtigheid was te hoog, de temperatuur 's avonds nog dik boven de 30 graden. Eten was goed, daarna nog wat sfeerfoto's gemaakt. Airco op 26 graden, want anders zou de overgang te groot zijn. Was kil genoeg, Alie vond het zelfs te koud, dus even opwarmen.







Het Sporthotel was vies in vergelijking met de vorige verblijven, te klein en veel te duur. Ontbijt redelijk, niet om aan te raden.
Om half negen op de fiets, goede moed, reed voortreffelijk, we vonden de weg redelijk snel. Weg was goed, na Bologna kwamen we heel veel wielrenners tegen, enthousiast begroetten ze ons met forza, brava signora, ave, ciao enz.


De oogst gedaan en de grond weer geploegd.




We gingen meer en meer omhoog, lekker klimmen met mooie plaatjes van de omgeving, we hadden er al snel 40 km op zitten, te vroeg nog voor koffie. Hadden we het maar wel gedaan, want pas om 12 uur kwamen we weer een restaurant tegen.







We willen natuurlijk ook weten welk gewas dit is en fotograferen het dan maar.


We reden prima, klimmen ging goed, totdat we niet meer verder konden, omdat de weg was opgebroken. De werknemers wilden ons er niet langs laten, loop maar even om en daar omhoog, een voetpad steil naar niets toe. Er was geen aardige jongeeman zoals in Lendinara die even een stukje voor ons uitreed. Nee zoek het maar uit.











Stom we hadden gewoon er over moeten gaan, er was nog een stoeprand en een ladder, dan hadden we via de ladder en de stoeprand met hulp of anders tassen eraf en in tweeën er over kunnen gaan.





We zijn terug gegaan naar Quinzana en dachten via een andere weg er ook wel te kunnen komen, wel iets om, maar ach. Te overmoedig. In de bergen is er nooit iets makkelijker of beter, een omweg is altijd een echte omweg met meer hindernissen dan je verwacht. Wel hele mooie uitzichten.






Na een half uur, zaten we nog niet in de goede richting en moesten we kiezen, omhoog of omlaag. De GPS deed het niet, dus gokken. We kozen omhoog en dat hebben we geweten. Eerst kon je nog fietsen, maar later zelfs in de kleine versnelling kregen we de trappers niet meer rond, links en rechts over de weg gaan hielp ook niet meer, de ademhaling kwam niet tot rust, de spieren konden de verzuring niet verwerken en afvoeren, waardoor we gewoon stil vielen. Lopen dan maar, maar dat hielden we ook niet lang vol, dus afwisselen. De ene steile helling na de andere. Na een uur, kwamen we om twaalf uur aan bij een restaurant, kwam goed uit, water was op en brood hadden we niet gekocht.




Naar dat kerkje moesten we, maar wat we niet wisten, dat we daarna nog zoveel moesten klimmen. We hebben op dat stuk een bergpas moeten doen van 690 m. Bij het bord nog 511 Passe Monte Bible, dachten we dat we er waren, de kerk 688, al weer verkeerd gedacht, want het ging daarna nog hoger en
na een pauze kregen we nog eens de Passe de Torre 970 m. Tenslotte de pas, die we ingepland hadden via de weg Passe di Raticosa 968 m., de lichtste met kleine stukjes van 10%, geen lange stukken van meer dan een kilometer met 10 tot 15%.





Bij het restaurant twee uur gezeten op het heetst van de dag en de gasten bekeken, wat kunnen die eten, de ene pasta na de andere, gevulde broodjes, salade en vlees. Alle drie kregen telkens een telefoontje, De een nog nadrukkelijker dan de ander Pronto......, de buiken waren nu wel te verklaren.
Aan de andere kant kwam er een pater, priester, die nauwelijks nog kon lopen, ondersteunt door twee andere broeders, die genoten van de wijn en het heerlijke eten.
Wij hielden het bij salade en heerlijke tonic, tjonge wat streelde dat onze tong en keel.


Kerkje na Passe di Bible.


Daarna waren we wel weer redelijk fris, hoewel een tukkie geen kwaad zou kunnen, toch op weg, de weg omhoog leek de meest beste naar de route, weliswaar omhoog, maar ach, we waren weer fris, na 10 minuten wisten we het, dit zou het niet niet worden. Terugkeren was ook geen optie, en 2 uur lang hebben we lopen zwoegen omhoog, meer lopen dan fietsen, op het laatst kon ik niet meer lopen, viel bijna om, gelukkig kwam Alie mij het laatse stuk nog helpen. Kapot was ik. Bij de boom der zuchten verzocht om een rechte weg en meer wind en schaduw, maar het mocht niet helpen.
Afzien zal je, voor bij de kerk ging de zware tocht door.
Tenslotte kwam ook aan deze lijdensweg een einde en konden we weer fietsen op de autostraat, het verkeer namen we voor lief, hoewel dat best gevaarlijk was, bussen en auto's die niet konden inhouden en moesten toeteren.



Hier hadden we weer naar beneden moeten gaan en niet omhoog.


Dit was de zwaarste dag tot nu toe. Gelukkig gingen we nu ook af en toe omlaag waardoor we weer opschoten en zo haalden we vandaag dan toch nog onze tweede pas op 920 meter, lang niet zo hoog als de Arlberg, maar wel veel zwaarder. Gelukkig was er nu meer wind, ook omdat we hoger zaten minder heet en meer schaduw langs de weg door bomen.






De huizen stonden vlak langs de straat, de achterkant de berg, de voorkant de weg. Er zaten mensen in het open raam naar het passerende verkeer
te kijken.



Gestopt in Coviliáto, omdat Alie een bord had gezien. Een een oudere dame langs de weg wist het ons te vertellen en zowaar, we stonden voor hét huis met Agritoerisme.
De aardige dame heeft voor ons gekookt, drank ingeschonken. Een echte Italiaanse maaltijd heeft ze ons voorgeschoteld. We waren de koning te rijk.
Met een Koninklijke maaltijd bedoel ik ook echt Koninklijk. Ze rende en draafde, eerst antipasta, spagetti met heerlijk pasta di mama, tomaat zo verrukkelijk. Daarna salate met tomaat, worst en gerookte ham, kaasplakken. Fles wijn en een fles water.
Tenslotte capuchino toe. Intussen was zij druk in de keuken inzichzelf aan het praten en af en toe zingen, prachtige vrouw, die rap Italiaans praatte, waar. Ik niets van verstond en Alie gelukkig grote delen wel en omdat Alie ook nog wat Italiaans terug praatte stopte de woordenvloed niet.
We moeten vroeg weg, want de mevrouw moet naar het ziekenhuis in Florence. We hebben beloofd haar een kaart te sturen vanuit Rome en wensten haar natuurlijk al het goede. Een mammografie moeten laten maken is best spannend. De rekening is ons alleszins meegevallen. Grappig zoals ze het ons duidelijk wilde maken en wij onbegrijpelijk staarden. In de kamer hadden we gezien dat het €80 zou zijn, maar we betaalden gewoon €80 voor de kamer en het eten. Nou ja, er kwam nog €2 toeristenbelasting bij. Dat vond ze zelf zo'n gedoe. Zo'n adresje willen we nog wel een keer hebben. Adres: Galeotti Piero, La Casetta Covigliaio 121, 50030 Firenze, 335 5424882. Zeer aan te bevelen.






Heerlijk geslapen niet uitgerust, de spieren voelen nog zwaar aan, maar nu toch op weg naar Firenze.



Location:Covigliátio

Geen opmerkingen:

Een reactie posten